Voor een download-versie in pdf, klik hier: verkorte biografie.
Mirjam Feijer (1978) is geboren en opgegroeid in het Drentse Hoogeveen.
Op jonge leeftijd kreeg ze orgelles en op haar 13e begeleidde ze voor het eerst een kerkdienst. Daarvan zouden er nog vele volgen.
Haar welluidende stem werd ontdekt door dirigente Wilma ten Wolde op koorschool ’Viva la musica’. Mirjam volgde daarna aan de Hoogeveense Muziekschool zangles bij Gerrit Jan Rutgers. Ze deed ervaring op door mee te doen aan diverse muzikale projecten die door de muziekschool georganiseerd werden.
Ze werd in 1996 aangenomen aan de vooropleiding van het conservatorium in Utrecht. Dankzij haar muzikale kennis en achtergrond kon ze tijdens de tweejarige vooropleiding al vakken volgen zoals solfège en harmonieleer.
Ze werd toegelaten tot het Nationaal Jeugdkoor onder leiding van Silvère van Lieshout en tot het World Youth Choir, waarmee ze door Japan, Taiwan en de Filippijnen toerde.
Opleiding
Mirjam koos in 1998 voor de vakopleiding aan het conservatorium van Zwolle en studeerde bij Lodewijk Meeuwsen. Ze zong in die periode in het gerenommeerde Nordic Chamber Choir (het huidige Chamber Choir of Europe) onder leiding van Nicol Matt. Ook werkte ze mee aan diverse cd-projecten in Duitsland met de befaamde Britse componist, organist en koordirigent John Rutter en met de Amerikaanse componist Morten Lauridsen.
Tijdens haar opleiding volgde Mirjam ook piano- en directielessen, en dat gaf haar de mogelijkheid later haar eigen lespraktijk te starten.
In 2001 werd Mirjam Feijer aangenomen bij het koor van de Nederlandse Bachvereniging, het oudste barokensemble ter wereld. Artistiek leider, tevens chef-dirigent, is Jos van Veldhoven. ”Dat was voor mij een bijzondere tijd,” vertelt Mirjam. Het koor dankt haar bestaan aan de jaarlijkse uitvoeringen van Johann Sebastian Bachs Matthäus-Passion, die sinds 1922 plaatsvinden in de Grote of Sint-Vituskerk in Naarden. ”Deze uitvoeringen waren een hoogtepunt”, herinnert ze zich. De concerten trekken jaarlijks meer dan 12.000 belangstellenden.
In het laatste jaar van het conservatorium volgde Mirjam Feijer een masterclass bij concert-, oratorium- en liedzangeres Jard van Nes, en nam bij deze mezzosopraan ook privélessen. ”Dankzij Jard van Nes ontdekte ik dat ik in het verkeerde stemvak zat. Ik bleek geen alt of mezzosopraan, maar sopraan. Tijdens verschillende zomercursussen in Hongarije waarbij ik les kreeg van de tenor Timothy Bentch en de sopraan Gwynne Geyer – beiden uit de Verenigde Staten – werd ik bevestigd in deze richting”. Mirjam zong er het ’Höre Israel’ van Mendelssohn en ’Porgi amor’ van Mozart.
Van alt naar sopraan
Na de afronding van haar conservatoriumstudie in 2003 deed Mirjam Feijer met succes auditie voor het Groot Omroepkoor, een veelzijdig koor met een breed repertoire. Ook zong ze een seizoenlang in een voor haar nieuw genre, muziektheater, in een productie van theater Sonnevanck in Enschede. Het stuk heette ’De Sneeuwkoningin’, is op muziek gezet door Daan Manneke en is zo’n 42 keer opgevoerd in Nederland en België.
Intussen liet Mirjam zich omscholen tot sopraan bij onder andere Margaret Roest en de zangpedagoge Maria den Hertog. ”Maar ik ontwikkelde mijn ’nieuwe instrument’ vooral door dicht bij mijzelf te blijven, fysiek bezig te zijn en met de adembeweging aan de slag te gaan.” Op dit moment wordt Mirjam gecoacht door Marjan Kuiper.
In de hoogte bloeit haar stem open en komt de volle, warme klank tot zijn recht die Mirjam Feijer als alt altijd al had. ”Het is heerlijk om mijn stem de ruimte te kunnen geven in het klassieke en romantische repertoire. Uiteindelijk voelt het als thuiskomen, technisch en muzikaal gezien.”
Toekomstmuziek
”Voor de toekomst heb ik nog wel een aantal dromen. Ik zou bijvoorbeeld graag de sopraanpartij van Mendelssohns Elias vertolken. Vooral de aria ’Höre Israel’ vind ik intens ontroerend. Vrij vertaald: Hoor Israel, luister toch naar mij. Ik ben jullie God. En ook al zijn jullie ontrouw, ik wil voor jullie zorgen. Altijd zal ik er zijn.
Dat is een boodschap die ik kan zingen vanuit mijn hart.”